Onderhoudstips: Zijde

Zijde is een verfijnde maar ook zeer gevoelige stof. Kleine ongelukjes veroorzaken in de regel grote vlekken. Van sterk zonlicht kan zijde verkleuren.
Let op dat uw zijden kleding niet in aanraking met zonnebrandproducten, haarverf of kleurversteviging komt. Ook parfum kan niet direct op zijde worden gespoten. Voordat u een broche opspelt moet u de naald altijd schoonmaken met alcohol. Zo voorkomt u lelijke insteekvlekken. Hetzelfde advies geldt voor halskettingen en armbanden. Deze mogen onder geen beding schuren en zo de zijde opruwen. Denk er a.u.b. aan dat zijde zuurstof nodig heeft. Hang uw zijden modellen, beschermt tegen regen en zonlicht, op een vormgevend hangertje te luchten. Dit komt de levensduur ten goede.

Wassen

Zijde voor het wassen nooit laten inweken. Bij max. 30º C in veel water zachtjes wassen. Tijdens het wassen de zijde niet knakken, wrijven of aandrukken. Zijde die geschikt is voor de wasmachine alleen op fijnwasprogramma wassen. Alleen zijde- en fijnwasmiddel gebruiken. Zijde mag niet met vlekkenwater behandeld worden.

Drogen

Zijde mag nooit in de zon drogen. Zijde niet centrifugeren. Na het wassen zijde zachtjes in een badstoffen handdoek droger maken. Daarna op een vormgevend hangertje laten drogen.

Strijken

Zuiver zijde droogt snel en moet in een gelijkmatig vochtige toestand gestreken worden. Wilde zijde wordt binnenstebuiten droog gestreken. Zijde op de laagste temperatuur zonder stoom strijken. Modellen van geweven zijde na het strijken kort op een vormgevend hangertje uithangen. Tricot- en shirtmodellen licht in model trekken en alleen liggend laten drogen.
Vertrouw a.u.b. altijd op de onderhoudssymbolen in uw kledingstukken.

Onderhoudstips: Wol

Het juiste onderhoud van waardevolle modellen van wol vraagt enige aandacht. Raadpleeg in elk geval altijd de aanwijzingen op de onderhoudsetiketten in uw kleding. Bij veel wollen kleding wordt aangeraden het chemisch te laten reinigen. Tricotmode kunt u over het algemeen heel goed zelf wassen, drogen en strijken. Overigens is het over het algemeen raadzaam wol niet te centrifugeren en het in een handdoek te rollen om te laten drogen.
U moet er rekening mee houden dat tricotmodellen tijdens het dragen de neiging hebben te gaan pillen – dit is normaal, dit zijn de fijne haaruiteinden van de wol die tijdens het dragen kleine knoopjes vormen. Deze bolletjes kunnen met een speciaal apparaatje heel gemakkelijk verwijderd worden zodat het tricotmodel er weer als nieuw uit ziet. Artikelen van wol/wollen mengweefsels van fluweel moeten na het dragen met een fluweelborstel in de richting van de vezel geborsteld worden.

Wassen

Handwas:
Om een fraai uiterlijk te behouden moet u wol binnenstebuiten wassen. Het wasmiddel eerst volledig laten oplossen. Houdt u a.u.b. aan de dosering, teveel wasmiddel kan vervilting veroorzaken. Wij bevelen vloeibaar wasmiddel aan voor wol. Wol bij max. 30º C wassen, niet wringen, alleen aandrukken. Eerst met warm, vervolgens met koud water uitspoelen.

Machinewas:
Tricotartikelen met het wolkeurmerk worden steeds meer wasmachinebestendig vervaardigd. Wol mag vooraf nooit inweken. Kies steeds voor een wolwasprogramma of het passende programma op uw wasmachine.

Drogen

Natte tricotweefsels kunt u na het wassen het beste nat in een handdoek rollen. U kunt ook kiezen voor een fijnwasprogramma en laat de wollen artikelen slechts heel kort centrifugeren zodat de wolvezels tijdens het centrifugeren niet beschadigen en daardoor vervilten. Natte wol a.u.b. nooit uitwringen. Na het centrifugeren moet het natte kledingstuk in vorm gebracht worden. Wol a.u.b. altijd liggend laten drogen – kledingstukken van wol nooit over de waslijn hangen.Wol mag niet in de droger, in de zon of op de verwarming gedroogd worden.

Strijken

Strijken op de stoomstand is voldoende. Alleen lichte druk uitoefenen tijdens het strijken. Bij strijken zonder stoom een vochtige doek gebruiken. Zo ontstaat geen glans. Vlekken mogen onder geen beding gestreken worden!
Vertrouw a.u.b. altijd op de onderhoudssymbolen in uw kledingstukken.

Pillen

Pillen van stoffen kan ontstaan door het gebruik van korte vezels in combinatie met een volumineus garen dat weinig getwist is. Stof gemaakt van een hoog gedraaid garen is altijd platter en gladder dan dat van een weinig gedraaid garen waar b.v. een wollen trui van gebreid wordt. Het weinig draaien, twisten van het garen geeft echter meer risico tot pillen, krimpen of vervilten van stof.
Pillen kan ontstaan bij het dragen maar ook bij het wassen van een kledingstuk. Het ontstaat door wrijving of schuren van een volumineuze stof. Hoe wolliger de stof of het breisel, hoe groter het risico tot pilling. Dit heeft dus niet te maken met slechte kwaliteit maar met de eigenschap van de stof of het breisel en wij noemen dit dan ook een intrinsieke eigenschap van wollige volumineuze stoffen.
Door het wollige, volumineuze effect van garen waar truien van gebreid worden, zullen deze meestal een beetje pillen, vooral op plekken waar door het dragen de stof langs elkaar schuurt. De kleding van deze stoffen kan meestal goed onderhouden worden door het gebruik van een pilapparaatje op batterijen of een pilkammetje. Als je met een pilapparaatje of met het pilkammetje de bolletjes kunt afscheren mag je het officieel niet pillen noemen. Echt pillen is als er harde bolletjes op een stof komen die je er niet af kunt halen en dit is een probleem dat je alleen tegenkomt bij een stof met een samenstelling van polyester/viscose.
Ook door het niet voorzichtig wassen zal het pillen toenemen en zal het kledingstuk krimpen of vervilten. Wij adviseren wassen op het wolwasprogramma in de wasmachine of een korte lauwe handwas, niet warmer dan 30º en liefst met een speciaal wolwasmiddel zoals Woolite. Daarna kort centrifugeren en liggend drogen. Lauw strijken, zonder stoom en absoluut niet in de droger. Wassen in een waszakje is nog beter omdat het kledingstuk dan niet de kans krijgt om tegen andere kleding aan te schuren in de wasmachine.

Onderhoudstips: Katoen

Katoen heeft over het algemeen een lange levensduur. Omdat het materiaal nauwelijks elastisch is kreukt het relatief snel. Katoenen weefsels met een print kunnen in de wasmachine vaal worden. Daarom altijd binnenstebuiten wassen.

Wassen

Witte katoenwas alleen met wasmiddel voor witte was wassen. Bij bonte was moet een kleurwasmiddel zonder optische bleekmiddel gebruikt worden. Nieuwe bonte was de eerste keer apart wassen. Weinig wasverzachter gebruiken. Dit reduceert het vochtopnemend vermogen van katoen. Kookwas tot 95º C, Bonte was tot 60º C, fijne bonte was tot 40º C wassen.

Drogen

Vochtige katoen niet te lang laten liggen. Gekleurde katoenwas niet nat op elkaar leggen. Trek katoen na het wassen altijd eerst in de lengte en de breedte in model. Katoen na het centrifugeren bij voorkeur aan de waslijn hangen. Onderhoudsarme katoen zo mogelijk nat ophangen.
Pas op:
In de droger bestaat altijd het gevaar dat katoen krimpt. Witte katoen niet in de zon te drogen hangen, het bleekmiddel in het wasmiddel kan gele vlekken veroorzaken.

Strijken

Strijkijzer instellen op katoen/linnen. Alleen licht vochtige katoen, of op stoomstand, strijken op dit programma. Bij mengweefsel a.u.b. een lagere temperatuur kiezen. Bij een te hoge temperatuur kunnen synthetische garens zoals polyamide of elastan smelten. Het weefsel wordt brokkelig of verliest zijn elasticiteit.

Onderhoudstips: Linnen

In vergelijking met katoen is linnen nog veel minder elastisch. Dit leidt ertoe dat linnen net zo makkelijk kreukt als katoen. Zodat dit geliefde zomerweefsel in de koffer niet te veel kreukt adviseren wij uw kleding van linnen tussen zijdepapier te leggen.

Wassen

Gekleurde en ongebleekte linnen altijd op fijnwasprogramma op max. 40º C wassen. Linnen altijd binnenstebuiten wassen. Bij de eerste keer wassen linnen apart wassen. De wasmachine mag nooit te vol gestopt worden. Geen agressief wasmiddel gebruiken. Dosering altijd opvolgen. Wanneer u linnen over de hand wast altijd in een royale hoeveelheid water.

Drogen

Linnen mag kort gecentrifugeerd worden. Voor het drogen in model trekken. Altijd nat aan de waslijn hangen. Als uw linnen kleding geschikt is voor de droger, altijd op een lage temperatuur drogen en de droger niet te vol stoppen. Natte linnen nooit in de zon hangen.

Strijken

Linnen moet licht vochtig en binnenstebuiten gestreken worden. Of gebruik des stoomstand op uw strijkijzer. Linnen a.u.b. altijd op een hoge temperatuur strijken.
Let op:
Linnen met viscose kan alleen op een gematigde temperatuur gestreken worden.

Onderhoudstips: Synthetische garens

Synthetische garens – en vooral microgarens – behoren tot de onderhoudsarmste vezels. Op enkele uitzonderingen na kunnen ze allemaal in wasmachine gewassen worden. Ook na veelvuldig wassen behouden ze hun vorm en kleur.

Wassen

De meeste synthetische garens kunnen op 40º C in de wasmachine gewassen worden. Modal kan zelfs op 60º C gewassen worden, acetaat daarentegen op 30º C (handwarm). Bij ragfijne viscoce-crêpe adviseren we chemische reiniging. Wasbare artikelen van viscoce-crêpe moeten altijd als ze vochtig zijn in model getrokken worden omdat crêpegarens in een natte toestand samentrekken.

Drogen

Natte modellen niet lang samengedrukt liggen laten. Synthetische weefsels kunnen gedeeltelijk in de droger gedroogd worden.

Strijken

Microgarens kunt u het beste zonder stoom en met zorg strijken. Lage temperatuur.

Onderhoudstips: Leder

Leder mag u nooit voortdurend aan een sterke lichtbron blootstellen, zo kunnen kleurverschillen ontstaan die in het bijzonder na het reinigen goed zichtbaar kunnen worden. Elke ledersoort behoeft zijn eigen onderhoud. Een lederen huid bestaat uit twee volledig verschillende kanten, die bijna altijd verschillend behandeld dienen te worden. Over het algemeen heeft leder een gladde buitenkant en een ruwe, zachte binnenkant.

Suèdeleder

Ontstof leder regelmatig met een suèdedoek of –borstel. Suèdevezels die door vocht aan elkaar gekleefd zitten kunt het beste met een suèdedoek of -borstel behandelen. Eerst tegen de vezel in borstelen dan met de vezel mee. Gebruik bij suèdeleder a.u.b. nooit vlekkenmiddel, terpentine of een crème.
Gedragen leder heeft altijd een vernislaagje – dat betekent dat elke handeling een lichte streep achterlaat. Glanzende strepen kunt u het beste behandelen met een ledergom en een lederborstel. In het begin kan heel fijn lederstof afgeven. Eenvoudigweg uitgekloppen of met de stofzuiger verwijderen. Bij grote vlekken biedt een suèdelederreiniger uitkomst. Bij vet of olie een lederreinigingsspray gebruiken. Probeer de spray eerst uit op een niet zichtbare plek zodat u zeker bent dat er geen verkleuringen optreden.
Na deze behandelingen leder met een katoenen doek opwrijven – bij grote vlekken met de lederborstel of suèdegom behandelen – afborstelen.

Onderhoudssymbolen